Het stadhuis, een bijzonder monument

Het stadhuis van Weesp werd tussen 1772 en 1776 gebouwd door Jacob Otten Husly, die o.a. ook Felix Meritis in Amsterdam en het stadhuis van Groningen bouwde. Het neoclassicistische gebouw was een prestige-object en relatief groot voor het aantal inwoners dat de stad telde. Er wordt wel gezegd dat het tot stand is gekomen dankzij de drank en daar zit wel wat in, aangezien de jenever- en brandewijnstokerijen samen met de bierbrouwerijen voor de belangrijkste inkomsten van de stad zorgden. De rijkste stokers en brouwers zaten in de stadsregering en wilden hun welvaart aan de buitenwereld laten zien.

Veel decoratie in het stadhuis doet denken aan de klassieke oudheid. Er zijn symbolen in verwerkt die naar goed en kwaad, de vergankelijkheid van het leven en het alziend oog van God verwijzen. Deze symbolen zijn niet voor niets gekozen, tot ca. 1800 was het stadhuis ook het gerechtsgebouw van de stad.

Rechtspraak was in die tijd een heel spektakel waar heel Weesp voor uitliep. Niet voor niets heeft de voorgevel van het stadhuis drie deuren: bij een uitspraak van de rechter werden ze alledrie opgezet, zodat er zoveel mogelijk mensen bij konden zijn. Onder de straffen die de rechter oplegde waren geselen, tong uittrekken, brandmerken, ophanging, schandpaal en verbanning. De terechtstelling gebeurde voor het stadhuis. 

Ook toen er al geen recht meer werd gesproken in Weesp, werden de kerkers van het stadhuis nog regelmatig gebruikt om arrestanten in op te sluiten. Tot in de eerste helft van de vorige eeuw zat het politiebureau namelijk in het stadhuis.

De kerkers en de hal van het stadhuis zijn tijdens openingstijden van het museum toegankelijk voor publiek. Op afspraak verzorgt Museum Weesp een speciale rondleiding waarbij alle geheimen van het stadhuis onthuld worden.

Er is ook een podcast over het stadhuis; die is hier te beluisteren.

Stadsbestuur van Weesp in 1652.